#80 Prikkelen met poëzie
30 januari 2025
De laatste donderdag van januari is het Gedichtendag en het is tegelijk ook de start van de Poëzieweek 2025 die loopt tot en met woensdag 5 februari.
Lang associeerde ik poëzie met de te schrift gestelde hartenkreten van romantici van veertien jaar en ouder. Ja, daar hoorde ik mijn beginjaren ook toe. Liefdesgedichten die – zolang ze niet in de schoolkrant werden afgedrukt – betrokkenen bijna nooit onder ogen kregen. Ik maakte ze zelfs in het Duits, toen das Mädchen meiner Träume achter onze oostgrens woonde. Zonder enige schroom raadpleegde ik daarvoor mijn lerares Duits, die tot mijn gemengd gevoelde verbazing dapper meedacht over de juiste woordjes. Jammer dat ik al die schrijfsels van toen ooit resoluut heb weggedaan.
Pas veel later, toen schrijven voor mij reeds lang een serieuze aangelegenheid was geworden, moest ik mij door omstandigheden (niet zijnde Sinterklaas) wel eens aan de poëzie wijden, maar het bleef voor mij toch vooral een vorm van puzzelen met vormen, woorden passen in stramienen en dat voelde als beperkend.
Gek voor iemand die sinds diezelfde jeugd de geïmproviseerde muziek zo was toegedaan. Anders dan wel wordt gedacht strijk of blaas je er daar ook niet zomaar op los: je hebt te maken met toonsoorten, toonladders, de grondmelodie, akkoordenschema’s, lengte van noten, tempo, stijl, je medemuzikanten (!) en zo veel meer. Dat was altijd wèl leuk en uitdagend! Niet alleen om zelf te doen, maar ook om te luisteren naar wat anderen met hun improvisatie tot uitdrukking brachten.
Waarom wilde dat met taal dan niet zo vlotten? Ook niet als er woordjes bij een liedje gevonden moesten worden. Zo’n tekst kwam wel op zijn plaats, maar het uitgangspunt bleef voor mij de muziek, dààruit moest de boodschap doorklinken, niet uit die ‘lyrics’ (vond ik toen).
Met het vorderen van de jaren is het toch gekomen. Overgehaald door kunstenmakers als Drs. P. en Jules Deelder. Die trokken mij definitief over de streep met hun vaak wat barok verpakte grappen en boodschappen. En toen verder naar Remco Campert, Cees Buddingh, Gerrit Komrij, Louis Paul Boon, zonder mankeren op verkenning terug in de tijd en weer naar het nu – met Charlotte van den Broeck, bijvoorbeeld.
Intussen is het woordenspel met klankrijm, ritmes, metrum en ruimte in de vele vormen die denkbaar zijn, voor mij een aangename oefening voor de geest. Of zoals Charlotte van den Broeck het zei ‘een feest voor de zintuigen’.
Poëzie lezen, of nog mooier voorgelezen tot je nemend, potelt, puzzelt, parelt, pruttelt, pijnigt, pikeert, plaagt, paait, pest, prikt, schreef ik eerder: het voedt de fantasie.
Dus ja, op een holletje naar de boekhandel. Voor een nieuw bundeltje poëzie. Met deze week gratis en voor niets daarbij het Poëziegeschenk 2025 ‘plakboel’ geschreven door Charlotte van den Broeck.
Comments (0)